AZ Damiaan

Alertis geeft vuur bij AZ Damiaan geen kans

“Bij dringende interventies kunnen we rekenen op Alertis”

Ziekenhuizen evolueren steeds meer naar moderne centra voor gezondheidszorg met kamers boordevol technische snufjes voor een beter comfort en sneller herstel. Ook AZ Damiaan investeerde in een nieuwe campus en had daarbij bijzondere aandacht voor de veiligheid van de patiënt en het personeel, zodat het ziekenhuis ook in moeilijke omstandigheden optimaal kan functioneren. Voor de brandbeveiliging werd een beroep gedaan op de expertise van Alertis. 

AZ Damiaan is ontstaan uit de fusie tussen het Heilig Hart en Sint-Jozefziekenhuis. De nieuwe campus, vlakbij het station van Oostende, werd uitgerust met de recentste apparatuur en tal van innovatieve technologieën. Het resultaat is dat de patiënt een hoog comfort geniet en in alle veiligheid de modernste medische behandelingen krijgt toegediend. Hier werken bijna 1500 werknemers en jaarlijks vinden er 160.000 raadplegingen plaats. De laatste afdelingen werden in november 2016 voltooid.

Maar daarmee is het werk niet af. Het ziekenhuis is continu in beweging en wil een opname voor de patiënt en zijn familie zo aangenaam mogelijk maken. “Daarom zijn er veel open ruimtes met natuurlijk licht. Maar ook nu nog blijven we intern zoeken naar manieren om onze diensten en afdelingen efficiënt op elkaar af te stemmen om patiënten nog beter van dienst te zijn”, vertelt Bart De Smet, hoofd van de technische dienst.

Transparant en efficiënt optreden
Architectonisch vormt AZ Damiaan een knap geheel dat mooi geïntegreerd is in de omgeving. Tegelijk ondersteunen tal van technieken het eigentijdse zorgconcept. “Zowel het toegangscontrolesysteem, de interne alarmcentrale, de rook- en warmteafvoerinstallatie, het ventilatiesysteem en de brandbeveiliging zijn via een netwerk met elkaar verbonden. Dat laat ons toe om ruimtes te compartimenteren, doelgericht een interventie uit te voeren en als het nodig is, de evacuatie op te starten”, vertelt Danny Serlet, expert technieken.

AZ Damiaan riep daarvoor onder meer de hulp in van Alertis. Reeds voor de fusie was het verantwoordelijk voor de branddetectie in de betrokken ziekenhuizen. “Ze bewezen in het verleden dat ze complexe opdrachten de baas kunnen, bieden een vlekkeloze service aan en denken met ons mee. Omwille van de verschillende functies in het nieuwe gebouw, de omvang van het project en de vele verbouwingswerken staan we ook rechtstreeks met hun servicetechnici in contact.”

Jaarlijks wordt de branddetectie-installatie in AZ Damiaan onderworpen aan een uitgebreide keuring. Daarbij worden detectoren, de evacuatiesirenes, de compartimenteringsdeuren, de brandgordijnen en de rookkoepels gecontroleerd. “Na elke keuring gaat Alertis met de aanbevelingen aan de slag en doen ze de nodige aanpassingen om de detectie verder op punt te zetten”, vervolgt Danny Serlet.

Een veilige omgeving primeert
Het alarm trad al enkele keren in werking, meestal omdat een detector tijdens werkzaamheden niet werd uitgeschakeld of door het indrukken van een brandmeldknop door een verwarde patiënt. “Daarom hebben we op bepaalde afdelingen onze procedure en sturing van de centrale aangepast. Het verpleegkundig personeel krijgt dan eerst een melding en de tijd om te kijken wat er aan de hand is alvorens de interne interventieploeg in actie schiet. Anderzijds is een sporadisch alarm ook wel een goede oefening. Als het noodlot toch ooit zou toeslaan, zijn we goed voorbereid. En het is een geruststelling dat we kunnen terugvallen op de mensen van Alertis.”

In alles wat AZ Damiaan onderneemt, primeert de veiligheid van de patiënt. Zo brengen kwaliteitsindicatoren ook de kwaliteit van de zorg in kaart. “We hebben een eigen ambitie gedefinieerd waarbij tien patiëntveiligheidsitems onze speciale aandacht krijgen. Naast alle voorzorgen die we nemen, stimuleren we ook de patiënten om te waken over hun eigen veiligheid en die van hun medepatiënten. Daarvoor kregen we in 2017 het JCI-kwaliteitslabel. Het behalen van deze accreditatie stimuleert ons om onze aanpak in de toekomst nog te verbeteren”, aldus hoofd van de technische dienst Bart De Smet.